Respect voor diversiteit - Gelijkwaardigheid - Inclusie
Respect voor diversiteit - Gelijkwaardigheid - Inclusie
of
Hoe we elkaar zien, elkaar benaderen en met elkaar willen omgaan:
van mens tot mens
of
Hoe we elkaar zien, elkaar benaderen en met elkaar willen omgaan:
van mens tot mens


In deze pagina vind je drie onderdelen:
- Wil je gelijkwaardige interacties bij collega’s, ouders en kinderen stimuleren? Bij Basishouding: gelijkwaardigheid vind je twee oefeningen.
- Ben je nieuwsgierig naar de vraag: waarom en wanneer diversiteit zichtbaar en bespreekbaar maken? Ga naar onderdeel twee.
- Vraag je je af hoe je diversiteit introduceert? In onderdeel drie vind je een aantal tools.
Wil je direct naar Tools, Project en artikelen of naar Publicaties? Klikt dan direct op deze items.
Elkaar ontmoeten op basis van gelijkwaardigheid
Diversiteit gaat niet over ‘de vreemde ander’.
Diversiteit gaat over jou en mij, over ieders achtergrond en over ieders identiteit. Verschillen zie je soms direct, maar wat zijn de overeenkomsten? Soms zie je met een oogopslag dat we op elkaar lijken, maar is dat wat ons verbindt?
‘De ander’ willen ontmoeten, van mens tot mens, met een open houding en op basis van gelijkwaardigheid. Dat is voor mij de kern van respect voor diversiteit. En hier hoort bij het luisteren naar en het waarderen van het complete verhaal van ‘de ander’, zonder te oordelen. Wil je oefenen met elkaar ontmoeten op basis van gelijkwaardigheid? Probeer de kennismakingsoefening De namenronde. Wil je gelijkwaardige interacties bij kinderen stimuleren? Probeer de oefening Kijk, dit ben ik!
Een kinderopvangprofessional die vanuit gelijkwaardigheid en respect voor diversiteit werkt, geeft kinderen het gevoel dat ze kunnen zijn wie ze zijn of willen zijn, en dat ze trots mogen zijn op hun familieachtergrond. Die pedagogisch medewerker laat elk kind blijken:
Wie jij ook bent, je hoort erbij!
Oefening: Kijk, dit ben ik!
Doel: bevordering van een positieve identiteit, waarderen van diversiteit en aanleren van inlevingsvermogen.
Stap 1 Laat kinderen vertellen (of tekenen) over dagelijkse activiteiten die alle kinderen meemaken: ‘wakker worden’, ‘ontbijten’, ‘kleren uitzoeken’, naar de kinderopvang ‘, ‘naar bed’.
Stap 2 Voer daarna een gesprekje met de nadruk op herkenning en het opmerken van verschillen op basis van gelijkwaardigheid: hoe word jij wakker? Wat doe je als je uit bed komt, of als je naar bed gaat? Wat zijn je lievelingskleren? Wat is er bij jou anders dan bij Marie of bij Youssef?’
De kinderen herkennen hierin hun eigen situatie en gewoonten. Ze zien ook verschillen in leefgewoonten, woonomgeving, etnische achtergrond, rol van de ouders en vriendschappen.
Kaartenset We zijn samen verschillend, 1.5.
Waarom en wanneer diversiteit zichtbaar en bespreekbaar maken?
Verschillende onderzoeken (KIS-onderzoek, 2020) laten zien dat kinderen op jonge leeftijd (3-5 jaar) kennis hebben van gender, sociale en culturele diversiteit. Maar pedagogisch medewerkers vragen zich soms af: ‘peuters spelen met iedereen. Jonge kinderen discrimineren niet. Is het niet te vroeg om over diversiteit en uitsluiting te praten?
Een inclusieve basishouding
Een voorbeeld uit de praktijk: de pop.
Een pedagogisch medewerker is het speelgoed in haar groep aan het opruimen. Ze ziet een pop waar een arm eraan ontbreekt en zij besluit die pop te bewaren tussen alle andere poppen. Een meisje komt binnen en vraagt een pop om te spelen. De pedagogisch medewerker overhandigt haar de pop zonder arm. Dan een klein gesprekje ontstaat tussen het meisje en haar begeleidster:
‘Ik kan niet spelen met deze pop, zij is kapot.’ (meisje 2,5 jaar)
‘Probeer maar even en als het niet gaat, kom je maar terug.’ (pedagogisch medewerker)
Het meisje speelde de hele middag met de pop door.
‘Kinderen vormen hun zelfbeeld aan de hand van interacties, rolmodellen, verhalen en beelden om hen heen. Herkenbaarheid draagt bij aan een positief zelfbeeld.’ (Zelfbeeld vormen, HJK 2020. In: Kaartenset 1.3.).
Kinderen kunnen ook discriminerende opmerkingen maken. Wat is dan de consequentie voor de betrokkenen? En wat doe je als professional?
Een voorbeeld uit de praktijk: de ochtendkring.
Max (5 jaar, wit) roept in de kring: ‘Hé poep kom, ga zitten!’
Jeromy (5 jaar, bruin) gaat zitten.
Juf Marijke zwijgt.
Een inclusieve basishouding vraagt van professionals kritische reflectie. Als een situatie je in verlegenheid brengt, dan kun je beter samen met je team daarover kritisch reflecteren en daarna actie ondernemen.
Teams kunnen kritisch reflecteren, bijvoorbeeld over:
Welke diversiteit laten we (niet) zien? Welke diversiteit bespreken we (niet)?
Welke keuzes geven we aan kinderen? Wat betreft boeken, speelgoed, inrichting.
Hebben kinderen vooroordelen? Jonge kinderen discrimineren niet?!
Een inclusieve basishouding vraagt ook van professionals dat ze hun voorkeuren en eventuele vooroordelen actief verkennen: wat weet ik van de context van de gezinnen dat ik dagelijks in mijn praktijk ontmoet? Van welke families weet ik het meeste? Bij welke kinderen en families voel ik me het meest betrokken? En bij welke minder of niet? Met welke kinderen heb ik de meeste contacten? Hoe komt dat? Wat is mijn ideale gezinsvorm? En wat betekent dit dan voor mijn werk?
Kindercentra zijn er voor alle kinderen, alle gezinnen en alle professionals!
Respect voor diversiteit en gelijkwaardigheid zijn als rechten vastgelegd in Artikel 2 (geen discriminatie) van het VN-verdrag over de Rechten van het Kind (1989). Dit geldt ook voor het recht op participatie.
Het VN-Kinderrechtenverdrag biedt ook het referentiekader om kinderrechten in de praktijk te brengen. Volwassenen moeten kinderen helpen hun rechten te leren kennen.
Het VN-verdrag over de Rechten van het Kind (1989)
‘Elk kind heeft het recht zich te ontplooien in een omgeving die gekenmerkt wordt door gelijkwaardigheid en respect voor diversiteit. Ieder heeft het recht op actieve participatie in kindercentra van hoge kwaliteit, vrij van elke vorm van discriminatie – vanwege zijn of haar etnische afkomst, huidskleur, cultuur, religie, taal, sekse, politieke overtuiging, beperking, geboorte of andere omstandigheid van het kind, zijn of haar ouder of wettige voogd.’
Artikel 2, VN-Verdrag over de Rechten van het Kind (1989)
‘Iedereen, volwassenen en kinderen, dient de inhoud van dit verdrag te kennen.’
Artikel 42, VN-Verdrag over de Rechten van het Kind (1989)
Om wiens belang gaat diversiteit sensitief en inclusief werken eigenlijk?
Diversiteitsensitief en inclusief werken in de kinderopvang en het onderwijs komt ten goede aan alle kinderen en aan alle volwassenen.
Wat is het effect van ongelijkwaardigheid?
Glenda MacNaughton geeft een duidelijk antwoord op deze vraag:
‘Een dominante houding veroorzaakt gevoelens van superioriteit en inferioriteit en beschadigt alle kinderen én alle volwassenen!’
Glenda MacNaughton
Wil je reflecteren over het effect van ongelijkwaardigheid? Denk bijvoorbeeld aan: wat zijn jouw ervaringen met discriminatie en uitsluiting? Wat doet discriminatie buiten of binnen het kindercentrum met kinderen en met families? Wat doet armoede met kinderen en hun ouders?
Hoe begin je?
‘Werken aan diversiteit vind ik lastig! Hoe begin je eraan? Begin je met de overeenkomsten te benoemen of benadruk je de verschillen?
leidinggevende kinderopvang
Hoe kun je diversiteit introduceren bij kinderen? En in je team?
- Je begint altijd door overeenkomsten te benoemen (een wij-gevoel creëren);
- dan pas ga je naar de verschillen, door ze te laten zien/ervaren en daarover te praten;
- én door altijd gelijkwaardigheid in de interacties te stimuleren.
Daarnaast werk je aan:
- onrechtvaardigheid (leren) herkennen en erkennen, vooroordelen checken; en
- uitsluiting en discriminatie tegengaan.
Het intakegesprek
Bij het intakegesprek begint vaak het kennismakingsproces tussen ouders/verzorgers en de pedagogisch medewerkers. Gauw ontdek je dat er zo veel opvoedingsstijlen zijn als er ouders zijn. Maar ouders en verzorgers hebben ook ervaringen, kennis, waarden, dromen en idealen over de opvoeding van hun kinderen.
Wat mag je vragen aan ouders? Wat mag je weten? Wat durf je te vragen aan ouders? Wat is relevant om te vragen? Het belang van de ouder/verzorger en het kind staat uiteraard altijd voorop!
‘Een goed beeld krijgen over de achtergronden van families werkt zeer ondersteunend bij de opvang van kinderen. En als je als pedagogisch medewerker je eigen oordeel of stereotype beeld bevraagt, dan krijg je meer en betere informatie over het kind en de manier van opvoeden van ouders.’
Dit hebben pedagogisch medewerkers ervaren die meededen aan het praktijkonderzoeksproject Diversiteit en Verbinding. Dit praktijkonderzoek liet zien dat hernieuwde intakegesprekken – waarin de ervaringen, achtergrond, behoeften en wensen van ouders centraal staan – het contact en verbinding met ouders faciliteren, de betrokkenheid van ouders stimuleren, het welbevinden van zowel ouders als pedagogisch medewerkers bevorderen en hun competenties versterken. Download hier Intakegesprek In contact met ouders. Een vragenlijst op maat.

De familiemuur is een concrete en tastbare manier om de familie(achtergronden) van kinderen via foto’s in beeld te brengen en bespreekbaar te maken. Bij de familiemuur ontstaan gesprekjes tussen kinderen, ouders en pedagogisch medewerkers onderling.



Familiemuur: altijd een muur?
Meer weten?
Als je vragen hebt rondom diversiteit in je praktijk, kan De Kaartenset We zijn samen verschillend jou en je team helpen met informatie, oefeningen, tips en reflectievragen over 5 thema’s:
- De basis: diversiteit
- Gezinnen in soorten en maten
- Kinderen en diversiteit
- Diversiteit in het team
- Kinderopvang als actieve speler in de wereld
Meer weten over:
-
- Families in beeld en over hoe je kindercentra en scholen ook in beeld kan laten zien?
- het instrument Het Meetlint en hoe je team de communicatie en de samenwerking met ouders/verzorgers kan versterken?
- hoe je Van botsingen kunt leren?
Ga dan naar Tools en Publicaties.
Tools
Kennismakingsoefening
De namenronde
Kaartenset
We zijn samen verschillend
Intakegesprek
Vragenlijst
In contact met ouders
Instrument
Het Meetlint
Project en artikelen
Publicaties
Handreiking Diversiteit, gelijkwaardigheid en inclusie (DGI) in de kinderopvang, 2024
M. Tajik en M. Broek

Samen verschillend. Pedagogisch kader diversiteit in kindercentra 0-13 jaar
A. van Keulen en E. Singer
m.m.v. A. del Barrio Saiz en C. de Leve.
Uitgeverij: Reed Business, Amsterdam 2012

Families in beeld
W. Doeleman
m.m.v. M. van der Kaa
Uitgeverij: SWP, Amsterdam 2006

Van botsingen kun je leren
F. de Graaff
m.m.v. W. Doeleman
Uitgeverij: SWP, Amsterdam 2006

Poppen zoals wij
A. van Keulen, A. van Beurden en W. Doeleman
Uitgeverij: SWP, Amsterdam 2004

In de samenleving worden niet alle verschillen (identiteiten) gelijkwaardig gewaardeerd. Zichtbare aspecten van identiteit worden vaak het doel van discriminatie.

Kaartenset We zijn samen verschillend, 1.1.